swoosh

Gedragscode Omgang met leerlingen

Algemeen

Aanspreekvorm
Medewerkers in de school worden door de leerlingen aangesproken conform de schoolafspraken.

Schriftelijk en beeldend materiaal binnen de school
Er wordt geen beeldend en schriftelijk materiaal gebruikt waarin de ander wordt voorgesteld als minderwaardig of als lustobject.

Thuis uitnodigen
Leerlingen worden niet op initiatief van de leerkracht, alleen bij hem/haar thuis uitgenodigd. Wanneer een groep leerlingen een leerkracht bezoekt bijvoorbeeld in verband met ziekte, gebeurt dit alleen met (schriftelijke) instemming van de ouders en met medeweten van de directeur.

Digitale contacten
Personeelsleden hebben geen individuele contacten via internet, twitter, Instagram, facebook etc. met (ex)leerlingen. Professionele individuele contacten via een elektronische werkomgeving zijn wel toegestaan. Personeelsleden profileren zich niet via social media in relatie tot hun beroep.

Nablijven
Leerlingen worden buiten schooltijd niet langer dan een kwartier op school gehouden tenzij anders met de ouders/verzorgers is besproken. Wanneer een leerling na schooltijd op school wordt gehouden, worden ouders/verzorgers en de directie op de hoogte gebracht. Als de leerling samen met de leerkracht in de klas blijft, blijft de deur open staan en wordt een collega ingelicht.

Afgesloten ruimte
Leerkrachten proberen zoveel mogelijk te voorkomen dat zij met een leerling in een afgesloten ruimte zijn, zoals bijvoorbeeld in een magazijn. Als dit niet is te voorkomen, wordt er - als dat mogelijk is - voor gezorgd dat de deur openstaat of dat anderen door de glazen deur naar binnen kunnen kijken, zodat collega's kunnen horen wat er wordt besproken, of kunnen zien wat er gebeurt.

Kleding
Medewerkers gaan zelf representatief gekleed, passend bij de functie die zij vervullen. Zij zijn zich bewust van hun voorbeeldfunctie qua gedrag en kleding. O.a. (aanstootgevende) piercings, tatoeages, naveltruitjes en kleding voorzien van suggestieve of discriminerende teksten worden als ongewenst beschouwd.
Medewerkers maken over kleding geen opmerkingen die kwetsend of als bewust prikkelend kunnen worden uitgelegd.
Het dragen van een hoofddoek, op grond van religieuze overwegingen, wordt toegestaan, maar niet in situaties waarin dit een gevaar kan opleveren (bijv. tijdens de gymles).
Het dragen van overige hoofddeksels (petten, mutsen e.d.) zijn in de school niet toegestaan.
Als er hulp moet worden geboden wanneer een kind een verschoning nodig heeft, wordt er rekening gehouden met de aanwezige mogelijkheden op school en de afspraken met de ouders. Er zijn op school altijd verschoningen aanwezig.

Lichaamscontact
Mogelijk komen de regels over lichaamscontact overdreven over. Zie deze regels dan ook als een leidraad, een houvast bij conflicten. De gedragscode mag de spontane omgang tussen leerkracht en leerling en andere betrokkenen niet in de weg staan.
Als een leerkracht iets uitlegt of voor moet doen terwijl hij naast de leerling staat, mag hij zich enigszins over het kind heen buigen. Bij jongere leerlingen, met name bij kleuters, komen met enige regelmaat situaties voor waarin er wel enig lichamelijk contact is en de leerling en leerkracht heel dicht bij elkaar zijn. Ook bij motorische oefeningen of motorische leersituaties kan het lichaamscontact nodig zijn; denk aan ondersteuning bij turnoefeningen of hulp bij het vinden van de juiste schrijfhouding. Hierbij geldt dat leerkrachten de leerlingen niet onnodig en niet ongewenst aanraken.

Knuffelen en op schoot nemen
In de onderbouw kan het voorkomen dat kinderen op schoot worden genomen. Dit gebeurt alleen wanneer de kinderen dit zelf aangeven, nooit tegen hun wil. In de bovenbouw gebeurt dit niet meer.

Vechtende leerlingen
Als vechtende leerlingen uit elkaar moeten worden gehaald en het lukt niet met woorden, dan worden ze met zo minimaal mogelijke aanrakingen door een volwassene uit elkaar gehaald.

Controleverlies
Soms kan het voorkomen dat een kind zijn zelfbeheersing volledig verliest. Het kind moet dan tegen zichzelf in bescherming worden genomen en in bedwang worden gehouden door middel van lichamelijk contact. Dit is soms ook nodig ter bescherming van medeleerlingen, van anderen en van de leerling zelf. Om die reden is het toegestaan. Hier geldt dat er sprake moet zijn van strikt noodzakelijk contact. Wanneer zich een dergelijke situatie heeft voorgedaan worden de ouders hier direct van op de hoogte gesteld door de leerkracht of de directie. 

Kinderen aanraken, aanhalen
Een aai over de bol of een schouderklopje zijn goede pedagogische middelen. In het algemeen geldt hierbij: let erop of een kind hiervan gediend is.

Kinderen troosten en belonen
Kinderen hebben het recht aan te geven wat zij wel en niet als prettig ervaren bij troosten en belonen. Lichamelijke aanraking kan bij het troosten heel goed zijn. Merk je dat een leerling dit niet wil, dan doe je dit niet. Spontane reacties blijven mogelijk, ook in de hogere groepen, waarbij de wensen van de kinderen altijd moeten worden gerespecteerd.

Kinderen zoenen
Leerkrachten zoenen geen kinderen, noch vragen ze om een zoen.

Leerlingen straffen
Er worden geen lichamelijke straffen gegeven, ook geen lichte tikken of daadwerkelijk knijpen in een arm.

Lichamelijk geweld
Lichamelijk geweld tussen personen wordt in geen enkele situatie getolereerd.

Gymnastieklessen

Aan- en uitkleden en douchen
In de groepen 1 en 2 worden, indien nodig, kinderen geholpen met aan- en uitkleden. Vanaf groep 3 gebeurt dit niet meer, tenzij een kind erom vraagt.
Vanaf groep 3 kleden jongens en meisjes zich gescheiden om en hebben een eigen kleedkamer. De leerkracht kleedt zich in een eigen ruimte om. Ook hierbij geldt dat de leerkracht zijn komst duidelijk aankondigt door bijvoorbeeld te kloppen. Dit geldt ook voor de leerlingen. Als dit nodig is uit het oogpunt van ordehandhaving of in noodgevallen zal de leerkracht altijd de kleedruimte betreden.
Bij het douchen zijn de kinderen vanaf groep 3 gescheiden. Bij het omkleden is er zoveel mogelijk iemand van de begeleiding aanwezig.

Hulpverlening en uitleg tijdens de gymles
Tijdens de gymles zijn aanrakingen soms nodig. Hulpverlening en uitleg bij een bewegingsuitvoering gebeurt altijd met inachtneming van het karakter van deze gedragscode.

Ongelukken in de gymzaal, douche- of kleedruimte
Lichamelijke aanrakingen zijn voor een behandeling vaak noodzakelijk. Bij behandeling van een geblesseerde leerling zorgt de leerkracht ervoor dat er een andere leerling of volwassene bij aanwezig is. Als er hulp moet worden geboden, wordt er rekening gehouden met de aanwezige mogelijkheden op school en de wensen van het kind.

Eén op één-situaties in de gymzaal
Leerkrachten proberen te voorkomen dat zij alleen met een individuele leerling in een gymzaal of bij ruimte van de zaal zijn.

Het schoolreisje/ schoolkamp

Schoolkampen
Op schoolkampen bestaat de leiding uit mannelijke en vrouwelijke begeleiders, waarvan minimaal 2 personen beschikken over een onderwijsbevoegdheid. Tijdens een schoolkamp gelden dezelfde gedragsregels als in de normale schoolsituatie.

Het slapen
Jongens en meisjes slapen vanaf groep 6 gescheiden.

Het betreden van de slaapzaal
Kinderen mogen alleen op hun slaapzaal komen als er in de dagplanning tijd voor is ingeruimd of in incidentele gevallen als er toestemming voor is gegeven door de leiding.

Het slapen van de leiding
Mannelijke begeleiders slapen in de buurt van de jongens en houden toezicht op de jongenszaal. Vrouwelijke begeleiders slapen in de buurt van de meisjes en houden toezicht op de meisjeszaal.
Soms kan het met het oog op orde noodzakelijk zijn dat de leiding slaapt in de slaapzaal van de groep waarvoor zij verantwoordelijk is.

Buitenactiviteiten
Er wordt altijd in groepen aan activiteiten gedaan. Kinderen worden niet alleen naar een bepaalde plaats (bos, strand, et cetera) gestuurd, ook niet vergezeld door een enkel lid van de leiding. Voor vertrek van de buitenlocatie naar de kamplocatie worden de leerlingen altijd geteld.

Alleen zijn met een leerling
In het algemeen geldt ook voor schoolreisjes dat een één-op-één-situatie zoveel mogelijk wordt voorkomen.

Pesten
Zie hiervoor het school specifieke pestprotocol.

Racisme en discriminatie
Wij leven in een multiculturele samenleving. Dit houdt in dat verschillende groepen uit onze samenleving hun eigen cultuur hebben. Ook onze schoolbevolking is multicultureel. Dit vraagt aandacht voor een goed pedagogisch klimaat voor alle leerlingen, waarbij respect voor elkaar een voorwaarde is. Dit komt in het volgende tot uiting:
• De leerkrachten, leerlingen en ouders behandelen elkaar gelijkwaardig en met respect.
• Wij discrimineren niet en gebruiken geen discriminerende of racistische taal zowel mondeling als schriftelijk.
• Wij houden ons aan de gedragscode zoals hierboven is omschreven en zolang het relevant is aan dit onderwerp.

Bespreken van onacceptabel gedrag

Onacceptabel gedrag van leerlingen
Kinderen die gedrag vertonen dat onacceptabel is, worden hierop aangesproken door de leerkracht.
Met onacceptabel wordt bedoeld: agressieve, gewelddadige, discriminerende, seksueel getinte uitlatingen zowel fysiek, verbaal, schriftelijk als multimediaal. Dit kan in groepsverband of individueel.

Klachten
Zie hiervoor de algemene klachtenregeling, zoals deze binnen stichting Etuda opgesteld is.
Neem contact op